Opname kooldioxide en verzuring van de oceanen

Verzuring oceanen

De stijgende CO2-emissies hebben een belangrijk effect op de oceanen. Ieder jaar wordt ongeveer een kwart van de uitgestoten hoeveelheid kooldioxide door de oceanen opgenomen. De CO2 vormt, samen met zeewater, koolzuur. Dat heeft tot gevolg dat de oceanen steeds zuurder worden of preciezer gezegd; het water wordt minder alkalisch. De gemiddelde pH-waarde van de toplaag van de oceanen is de laatste eeuw gezakt van 8,15 naar 8,07 in 2011. Verwacht wordt dat de pH-waarde van de oceanen in deze eeuw zal afnemen naar 7,65. Het belangrijkste effect is dat de concentratie carbonaat in het oceaanwater afneemt, terwijl allerlei organismen dat nodig hebben voor de aanleg van het kalkskelet [IPCC].

Beschikbaarheid kalk in oceanen

De verzuring leidt tot een lager kalkgehalte in het zeewater. De vermindering van de hoeveelheid kalk is nadelig voor schaalvormende organismen zoals koralen, plankton en schelpdieren. Plankton heeft kalk nodig voor het skelet. Schelpdieren, als zeeslakken, mossels en oesters, hebben kalk nodig voor de opbouw van hun schelp. Voor de opbouw van een koraalskelet is ook kalk nodig. Terwijl schaalvormende organismen last hebben van de verzuring, hebben vettige algen, zeegrassen en groene planktonsoorten juist baat bij de verzuring. In het gunstigste geval wordt een soort vervangen door een andere soort; in het slechtste geval verdwijnen soorten. De afname van kalk als gevolg van verzuring van het water heeft gevolgen voor het zeeleven en leidt tot verlies aan biodiversiteit vooral rond de koralen [IPCC], [Volkskrant].

Koraalriffen in de oceanen

Koraalriffen herbergen een kwart van de marine biodiversiteit en ze beschermen kusten tegen golfslag. Koraal bestaat uit hele kleine diertjes die met miljoenen bij elkaar zitten. De diertjes zijn met kalk omhuld. De groep diertjes met hun kalkomhulsel vormen samen het koraalrif. Overal ter wereld worden koraalriffen bedreigd door overbevissing, vervuiling, verzuring en door het opwarmen van het zeewater. Wereldwijd is 14% van het koraalrif tussen 2009 en 2018 verloren gegaan ongeveer 11.700 km2. De langdurige blootstelling van het koraalrif aan hoge zeewatertemperaturen kan leiden tot verbleking, doordat bij een hoge watertemperatuur het koraal de algen afstoot. Deze algen geven het koraal zijn kleur. Uiteindelijk leidt het afstoten van de algen tot het afsterven van het koraal. De algen voorzien het koraal namelijk ook van voedingsstoffen. De koraaldiertjes kunnen een aantal maanden zonder algen overleven. Als het water afkoelt kan het koraal weer van deze verbleking herstellen. Koelt het water niet af dan leidt dat op den duur tot afsterven van een groot deel van het leven op het koraal en blijft een wit kalkskelet achter IPCC], [Volkskrant].

De aantasting van koralen door de hogere zuurgraad heeft gevolgen voor de visvangst, de kustverdediging en voor het toerisme ter plaatse, vooral in Australië en rond de eilanden in de Grote Oceaan. Er wordt naar manieren gezocht om koraalriffen te beschermen tegen de verzuring, onder andere door koralen te kweken die beter bestand zijn tegen een hogere zuurgraad IPCC], [Volkskrant].

Het Groot Barrièrerif

In 2017 werd geconstateerd dat 95% van het noordelijk deel van het Groot Barrièrerif bij Australië was verbleekt. In 2020 waren alle secties (noordelijk, centraal en zuidelijk deel) van het Groot Barrièrerif aangetast. Tweederde, van het 2300 kilometer lange rif, is inmiddels beschadigd. Het duurt normaal gesproken tien jaar voordat het koraal zich hersteld heeft van deze verbleking, als het water tenminste weer afkoelt. Er wordt naar manieren gezocht om koraalriffen te beschermen tegen de stijgende watertemperaturen, onder andere door koralen te kweken die beter bestand zijn tegen hogere temperaturen. De Australische regering heeft de aanleg van een nieuwe steenkolenmijn verboden vanwege de mogelijke negatieve gevolgen voor het nabijgelegen Groot Barrièrerif [Volkskrant].

Koraalriffen in de Grote Oceaan

Er is ook positief nieuws voor wat betreft het koraal; in 2019 is er 2% koraal bijgekomen. Er blijken steeds meer plekken te zijn waar het koraal beter bestand blijkt tegen opwarming van de aarde en hogere zeewatertemperaturen. In de koraaldriehoek Indonesië, Maleisië en de Filipijnen is meer koraal aanwezig dan er in 1983 was. In 2015-16 was bijna de helft van het koraal rond de Line-eilanden van Kiribati afgestorven door een te hoge zeewatertemperatuur in die jaren. Sommige koraalsoorten waren bijna verdwenen, terwijl andere soorten nauwelijks schade hadden ondervonden. Bij een nieuw onderzoek in 2021 bleek dat het koraal zich spectaculair had hersteld. Andere soorten koralen hadden zich gevestigd op de plaats van de dode koralen. De voorwaarde voor aangroei van nieuw koraal was de aanwezigheid van kalkvormend roodwier en de afwezigheid van sappig zeewier. Kiribati had in 2009 alle visserij rond de Line-eilanden verboden. De grote hoeveelheid vissen die daardoor rond de eilanden in zee leefden vraten het zeewier weg, zodat het roodwier overbleef. Dit bevorderde de aangroei van nieuw koraal. Als koraalriffen tegen visserij worden beschermd kunnen ze zich kennelijk herstellen [Volkskrant], [National Geographic].